Aanmelding en plaatsing
Tijdens de onderwijs-intake bekijken we de onderwijsloopbaan en motivatie van de leerling. Daarnaast bespreken we de ondersteuningsbehoeften van de leerling. Direct na plaasting in Onderwijsplus start het onderwijs. Er vindt niveaubepaling plaats voor de vakken Nederlands, Rekenen en Engels. Het onderwijs- en leefgroep perspectief worden op elkaar afgestemd in het Multi Professioneel Overleg (MPO) /Regiegesprek. De gedragsdeskundige geeft handelingsadviezen t.b.v. een optimale ontwikkeling van de leering.
Ontwikkelingsperspectiefplan
Het Ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) is het uitgangspunt voor het onderwijs en de ondersteuning van de leerling. Het OPP moet wettelijk zes weken na de start op school worden vastgesteld door de leerling en ouders/verzorgers en school. Op Onderwijsplus wordt het OPP vastgesteld in de vierde week na de start op school.
Het OPP wordt door de mentor besproken met de leerling. Minimaal twee keer per schooljaar worden de doelen in het OPP geëvalueerd en bijgesteld.
Ontwikkelingsperspectief als onderdeel van het Trajectplan
Het OPP van het onderwijs is als werkplan onderdeel van het jeugdzorg trajectplan. Binnen zes weken na de aanmelding wordt het ontwikkelingsperspectief ter ondertekening verstuurd naar de ouders/verzorgers. In de eerste zes weken na plaatsing observeren we de leerlingen en bespreken met hen hoe de plaatsing is verlopen. Daarna volgt de eerste werkplanbespreking samen met de leerling/jongere, diens ouders/verzorgers, behandelaars, plaatsende instantie en school. Na het vaststellen van het werkplan volgt elke tien weken evaluatie en bijstelling.
Commissie van Begeleiding
De Commissie van Begeleiding (CvB) is eindverantwoordelijk voor het opstellen en realiseren van alle OPP's en de onderwijsondersteuning. De CvB heeft elke week voortgangsoverleg. De CvB bespreekt elke leerling minimaal eens in de twee weken. De CvB geeft handelingsadviezen aan de docenten en is betrokken bij de evaluaties. De CvB kan voorstellen doen tot extra onderzoek. In de CvB worden bijzondere trajecten en extra inspanningen m.b.t. ondersteuning vastgesteld en geëvalueerd.
De CvB wordt onder verantwoordelijkheid van de directeur voorgezeten door de teamleider. Verder hebben in de CvB zitting: de orthopedagogen en de ondersteuningscoördinator. Op afroep zijn beschikbaar: Een maatschappelijk werker, behandelaars van jeugdhulp en de (school)arts.